De Federatie van Brusselse OCMW's spreekt haar grote bezorgdheid uit over het besluit van minister van Maatschappelijke Integratie Anneleen Van Bossuyt om de subsidie voor “Participatie en sociale activering” voor dit jaar drastisch terug te schroeven – van 15,6 miljoen euro in 2024 tot 11,855 miljoen euro in 2025 – en deze vanaf 2026 volledig stop te zetten.

De subsidie is echt belangrijk in de armoedebestrijding om mensen te helpen zich weer te integreren in de maatschappij. Het geld gaat naar zij die het moeilijk hebben en hulp krijgen van de OCMW's. Ook worden er projecten opgezet om de geestelijke gezondheid te verbeteren, mensen zelfredzamer te maken en individueel te begeleiden, afhankelijk van wat er lokaal nodig is. Met de PSA-subsidie wordt ook de strijd tegen kinderarmoede actief ondersteund via concrete acties voor kinderen uit kansarme gezinnen: toegang tot stages en buitenschoolse activiteiten, schoolondersteuning, projecten voor culturele ontplooiing... Al deze lokale initiatieven dreigen nu abrupt te worden stopgezet.

Een incoherente en gevaarlijke beslissing

De bezuinigingen worden halverwege het jaar doorgevoerd, zonder dat daar vooraf melding van is gemaakt. De OCMW's hebben de projecten al opgestart, mensen ingezet en middelen toegewezen. De bezuinigingen brengen de continuïteit van de sociale maatregelen in gevaar en verzwakken de slagkracht van de OCMW's op een moment dat er steeds meer mensen in armoede leven, vooral in het Brussels Gewest.

Erger nog: de subsidie wordt in 2026 volledig geschrapt, net op het moment dat de OCMW's een massale toestroom van nieuwe mensen zullen moeten opvangen als gevolg van de federale hervorming waarbij de werkloosheidsuitkering beperkt wordt in de tijd. Het is volstrekt onlogisch om van de OCMW's te verlangen dat ze meer uitkeringsgerechtigden ‘activeren’, terwijl ze tegelijkertijd de financiële middelen worden ontnomen om hen op een menselijke, geleidelijke en doeltreffende manier te begeleiden.

Een federale bevoegdheid, die is vastgelegd in de wet en in de samenwerkingsovereenkomst

In tegenstelling tot wat de minister aanvoert, valt het beleid inzake maatschappelijke bijstand, met daarbinnen ook de acties van de OCMW's op het vlak van participatie en sociale integratie, ondubbelzinnig onder de bevoegdheid van de federale overheid, krachtens de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. Met andere woorden, het federale niveau is rechtstreeks bevoegd voor initiatieven op het gebied van maatschappelijke re-integratie, emancipatie en participatie, alsook voor deze initiatieven ondersteunende subsidies.

Deze bevoegdheid wordt overigens versterkt door het samenwerkingsakkoord tussen de federale staat, de gemeenschappen en de gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid. Deze tekst bepaalt dat “het armoedebeleid een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van de federale staat, de gemeenschappen en de gewesten. Elk bestuursniveau verbindt zich ertoe toe te zien op de continuïteit van de genomen maatregelen en op de algemene samenhang van het armoedebeleid”.

De aangekondigde eenzijdige terugtrekking van de federale staat is dan ook niet alleen politiek onverantwoord, maar ook juridisch betwistbaar. 

De Federatie van Brusselse OCMW's vraagt met klem:

  • De voortzetting van de PSA-subsidie ten bedrage van 19,1 miljoen euro in 2025, zodat de OCMW's van het hele land het reeds opgestarte werk kunnen voortzetten;
  • De hernieuwing van de structurele financiering na 2026, indien nodig in een vernieuwd kader, maar met inachtneming van het samenwerkingsakkoord inzake armoede en de federale bevoegdheden op het gebied van maatschappelijke integratie.

De Brusselse OCMW's weigeren nog meer het slachtoffer te worden van budgettaire beslissingen die geen rekening houden met de realiteit op het terrein. Het zijn de kansarme kinderen, gezinnen, jongeren en de geïsoleerde personen die de gevolgen van deze onrechtvaardige schrapping zullen voelen. De OCMW's hebben tot taak sociale inclusie en begeleiding dicht bij de burger te garanderen. Daarvoor zijn middelen nodig die in verhouding staan tot de uitdagingen en een coherent, verantwoordelijk en solidair federaal beleid.

Meer info: :