De mega-hervormingsordonnantie is goedgekeurd

Op 19 september 2016 keurde het Brussels Parlement een nieuwe ordonnantie goed betreffende het stedelijk herwaarderingsbeleid. Deze ordonnantie bouwt voort op de ordonnantie van 7 oktober 1993 houdende organisatie van de herwaardering van de wijken en de ordonnantie van 28 januari 2010 houdende organisatie van de stedelijke herwaardering, die ze vervangt.

Van meet af aan had deze wetgeving als doel de levensomstandigheden in de minder begunstigde zones van het Gewest te verbeteren, tot nu toe door middel van tussenkomsten in bijzondere stedelijke perimeters via een programmeringsinstrument dat erg vernieuwend was voor die tijd: het wijkcontract.

Als echte geïntegreerde hulpmiddelen hebben de wijkcontracten (intussen 'duurzame' wijkcontracten geworden) niet alleen betrekking op de renovatie van de woning, maar ook de openbare ruimte en de voorzieningen. Bovendien hebben ze een sociaal-economisch aspect. Ze hebben een duurzame stempel gedrukt op de oudste wijken van onze hoofdstad. Hoewel er nog veel moet gebeuren, kunnen we zeggen dat de samenwerking tussen gemeenten, Gewest en bewoners een succes was. Er zijn al meer dan zestig programma's voltooid, terwijl een heleboel andere nog in uitvoering zijn.
Dankzij de wijkcontracten is het aanbod aan betaalbare openbare woningen ook flink aangedikt, want sinds 1994 werden 1.718 bescheiden en middelgrote huurwoningen gebouwd of gerenoveerd in het kader van de wijkcontracten.
Het doel van de hervorming is ambitieus: streven naar meer samenhang tussen de verschillende hulpmiddelen voor stedelijke herwaardering. Om dat doel te bereiken, wilde de regering de duurzame wijkcontracten en het kader van het stadsbeleid in één tekst samenvoegen die de door de zesde staatshervorming overgedragen middelen betreffende het Grootstedenbeleid en die betreffende de alleenstaande, verlaten en onbewoonbare gebouwen opneemt. Dit arsenaal wordt tevens aangevuld met een nieuw soort programma: de stadsvernieuwingscontracten.

Zodra de hervorming een feit is, zullen er twee soorten tussenkomsten zijn. Enerzijds de plaatselijke operaties die uitgevoerd kunnen worden op het hele gewestelijke grondgebied. Anderzijds de programma's die op wijkniveau of op schaal van meerdere gemeenten tot stand komen en die alleen in een bepaalde perimeter uitgevoerd kunnen worden. Er zal daarvoor een nieuw stadsvernieuwingsgebied afgebakend worden. De acties en programma's worden voornamelijk uitgevoerd en geïmplementeerd door gemeenten en OCMW's.

Kortom, de nieuwe ordonnantie zou moeten zorgen voor de samenhang en complementariteit van de tussenkomsten, waarvan het actieterrein groter geworden is, en moet ook de bestaande hulpmiddelen verbeteren op basis van de ervaringen van de voorbije twintig jaar.

Documents