PERSBERICHT - BEGROTINGSCONCLAAF - De OCMW's van de 3 landsdelen zien de verschillende coronasteunmaatregelen één voor één sneuvelen, terwijl de crisis en de sluiting van verschillende sectoren een jaar langer heeft geduurd dan verwacht, en de sociale gevolgen van de gezondheidscrisis zich nu pas laten voelen. De 3 OCMW-federaties van Brussel, Vlaanderen en Wallonië vragen in koor aan de federale overheid om de coronasteun te verlengen tot eind 2022. Daarnaast hernieuwen ze hun vraag naar structurele herfinanciering.

In de zomer en in de herfst van vorig jaar kregen de Belgische OCMW’s een reeks subsidies om mensen te helpen die door de coronacrisis getroffen werden (de COVID-subsidies, de ZOOM 18-25 maatregel, een toelage voor het “psychologisch welzijn” van gebruikers).
 
Op dat moment leek het einde van de crisis in zicht en al deze maatregelen waren bedoeld om in de maanden na de gehoopte volledige exit uit de lockdown de meest kwetsbaren die door de crisis getroffen werden, te helpen.

De Belgische OCMW’s hebben dan ook de beslissing van de federale regering toegejuicht om deze middelen te mogen gebruiken tot eind december 2021.
In september 2020 wees niets op een nieuwe lockdown. Die kwam er toch rond Allerheiligen. Gevolgd door al die andere wendingen die we tot nu toe en tot op vandaag gekend hebben.

Zo bleef men een reeks coronasteun (overbruggingsrecht, tijdelijke werkloosheid, enz.) toekennen, ook al was een verlenging over een langere periode niet voorzien.
De middelen die de OCMW’s hebben gekregen, waren evenwel bedoeld om de verdere nasleep van de crisis te dekken, wanneer andere vormen van meer levensnoodzakelijke steun beëindigd zouden worden.

Het is dan ook met enige verbazing dat de 3 OCMW-Federaties in de marge van de begrotingsbesprekingen vernomen hebben dat de subsidies voor steun aan de slachtoffers van deze gezondheidscrisis eind dit jaar 2021 moeten uitdoven. En dat terwijl de gevolgen van de crisis nog steeds goed voelbaar zijn, het Planbureau tegen eind 2022 een verhoging van het leefloon van 20% voorziet, een reeks andere rechten eindigt en de federale regering aan een plan tegen armoede werkt.

Zonder enige impact op de federale begroting, aangezien de OCMW’s deze middelen al gekregen hebben, vragen de Federaties van de OCMW’s van België:
- enerzijds om deze middelen tot eind 2022 te mogen gebruiken, anders kunnen zij de door deze crisis getroffen bevolkingsgroepen in 2022 geen maatschappelijke en psychologische bijstand meer geven;
- anderzijds de verlenging van de subsidie “psychisch welzijn van OCMW-gebruikers”, die nu wel recurrent mag worden. Vanuit het veld krijgen we te horen dat de middelen op sommige plaatsen volledig opgebruikt zijn en dat de maatregel een echte meerwaarde betekent voor de psychosociale begeleiding, taak in de organieke OCMW-wet. Veel gebruikers worden opgevolgd en nu plots stoppen zou nefast zijn voor hun psychologisch welzijn.

Bovendien betreuren de Belgische OCMW’s ten zeerste dat een overhaaste beslissing over het gedeeltelijk gebruiken van sommige van deze middelen voor de begunstigden, de vraag om structurele steun qua personeel opnieuw ter discussie stelt.

Gretig budgettaire middelen vrijmaken voor de mensen is niet meer dan louter een aankondigingspolitiek wanneer het personeel ontbreekt om maatschappelijke bijstand te verlenen en wanneer de competenties ontbreken om de hulp vanuit die fondsen te kunnen verstrekken!

De OCMW’s van België hernieuwen daarom hun vraag naar structurele herfinanciering en vragen om dringend de coronasteun te verlengen.