De zorginstellingen willen een verplichte vaccinatie voor al hun personeel binnen een redelijke termijn en met een goede informatie vooraf

De zorgsector vraagt al langer een verplichte vaccinatie voor het zorgpersoneel. De federaties binnen de sector hebben kennis genomen van het advies van de Raad van State over het voorontwerp van wet voor de invoering van verplichte vaccinatie tegen COVID-19 voor gezondheidszorgbeoefenaars. Op 20 januari hebben zij de premier, als voorzitter van het Overlegcomité, aangeschreven n.a.v. het Overlegcomité op 21 januari met een aantal vragen.

Uit zijn advies blijkt dat de Raad van State een verplichte vaccinatie van het zorgpersoneel wettelijk en proportioneel acht ‘om de bevolking te beschermen op een wijze die niet door een minder verregaande maatregel mogelijk is’.

De federaties zijn verheugd dat de Raad van State geen fundamentele bezwaren heeft tegen het voorontwerp en slechts bij twee punten voorbehoud aantekent.

In hun schrijven naar de premier herhalen de zorginstellingen hun vraag om, gelet op het advies van de Raad van State over de federale bevoegdheden op het vlak van vaccinatie, de vaccinatieplicht uit te breiden tot alle personeelsleden van de zorginstellingen. Ze dringen er bij het Overlegcomité op aan hierin een standpunt in die richting in te nemen.

De federaties vragen ook absolute klaarheid in de mogelijke juridische gevolgen van het ontwerp op het vlak van arbeidswetgeving. Ze vragen dat de manier waarop de werkgevers de vaccinatiestatus van hun personeel mogen nagaan, snel geregeld wordt.

De federaties vragen om zorgvuldig te communiceren over de nieuwe datum van inwerkingtreding, zodat alle betrokken partijen de nodige regelingen kunnen treffen. De concrete modaliteiten voor de uitvoering van de vaccinatieplicht (welk vaccinatieschema, meegeven van de vaccinatiestatus, testing, controles, enz.) moeten vóór de wet in werking is getreden, worden vastgelegd. Best zou er ook, zoals oorspronkelijk voorzien, een voldoende lange overgangsperiode van 3 maanden moeten voorzien worden.

Tot slot moeten de werkgevers in een relatief vroeg stadium afdoende informatie hebben over het niet-gevaccineerd personeel om de continuïteit van de zorg en de dienstverlening zo goed mogelijk te organiseren.